Klusjesman: de sollicitatie
Donderdag. Een normale doordeweekse dag: niet warm, niet koud. Vers uit de douche werp ik een blik naar buiten: bleh, het miezert. Mooi, dan doe ik niks speciaals met mijn haar. Ik ben ijdel maar ook lui (ik bedoel natuurlijk: pragmatisch); ik ga niet met mousse en föhn aan de slag als mijn kapsel meteen natgeregend wordt zodra ik naar buiten ga. Bovendien ben ik niet degene die indruk moet gaan maken vandaag…
Vandaag is helemaal geen normale dag. Ik heb namelijk afgesproken met Mijn Potentiële Klusjesman. En dat vind ik best spannend.
Goed, wat ga ik aan doen? Wat draag je als je iemand gaat bevragen voor de functie van klusjesman met ontbloot bovenlijf? Ik wil een jurk aan. Vrouwelijk. Ik heb alleen nog maar sneakers (kan echt niet) en teenslippers (te koud) en de enige jurk die ik met dit schoeisel kan combineren is mijn a-symmetrische jurk met knalkleuren en één schouder maar daar valt bij het minste of geringste al een borst uit. Het ontblote bovenlijf sloeg op hem, niet op mij, dus dat doen we even niet. Ik ga niet meteen mijn tieten laten zien. Dat moet zeker wel wachten tot ontmoeting drie…
Ik ga maar voor simpel en zwart, altijd goed. Dat staat ook serieus en zakelijk en zo moet ik natuurlijk nu overkomen. Denk ik.
Daarom heb ik zijn sollicitatiebrief ook uitgeprint. Wat dingetjes gehighlight. Vragen opgesteld. Heel slim, vind ik zelf. Ik kan de deur uit. Op het afgesproken punt zie ik hem staan en, ja hoor, net als in de film: de zon breekt door. Grappig. Als toeval niet bestaat (daar ben ik nog niet uit namelijk) dan is dit een goed teken. Ik weet niet of hij mij heeft gezien, maar hij is niet te missen: het eerste wat ik zie is zijn afro. Volgens hem een paar centimeter. Ik denk dat het er tien zijn. Minstens. Ik hou van de jaren zeventig….om naar te luisteren, niet om naar te kijken. Hij ziet er wel vriendelijk uit, dat scheelt.
Ze zeggen dat je in de eerste seconden meteen weet of je met iemand naar bed zult gaan. Nou, het kan liggen aan het feit dat ik nog geen lenzen heb en dus gewoon niet zo goed zie, het kan ook weer een voorbode zijn, maar ik weet het niet. Het is geen ja en geen nee. Zou ik het kunnen? Ik denk het wel. Alleen al voor de ervaring. En dan hoef ik niet eens mijn ogen dicht te houden. Wat zal hij denken? Natuurlijk wil ie dat. Hij is een man. En ik ben toevallig heel leuk. Of nou ja, vandaag kan ik er best mee door.
We gaan op weg. Waar naartoe, dat hebben we nog niet besproken. Zo voorbereid ben ik dus ook weer niet. En niet in je eigen stad afspreken is dan ook best een beetje dom. Maar gelukkig vinden we wat. Ik haal mijn spullen tevoorschijn en begin meteen. Waarom noemt iemand zichzelf in vredesnaam nou weer een bounty? Wat verwacht hij van mij? Hoe goed is hij in behangen en lampen ophangen? En kan hij even een rondje maken? Als je opschept over je achterwerk wil ik die zelf zien. En keuren. Hij is de moeilijkste niet en maakt in een druk restaurant een rondje. Met een pauze bij het zijaanzicht. Dat zie ik dan weer wel heel helder. Hij luistert naar me en trekt zich niets van de omstanders aan, very good. Ik kijk niet alleen naar zijn billen, ik knijp er ook nog even in: je kan het maar beter zeker weten en een brutaal mens heeft de halve wereld. In dit geval twee hele wereldbolletjes. Niks mis mee.
Als ik naar de wc ga om een update uit te brengen aan het thuisfront, betaalt hij de rekening. Shit! Dat wil ik niet! Ik wil minstens voor mezelf betalen! Hmmmm….wat betekent dit? Ben ik stom? Wil ie naar huis? Ben ik niet stom en wil ie naar mijn huis?
Ik besluit het enige te doen wat je dan kunt doen: ik excuseer me, ga nogmaals naar het toilet en vlucht via een openstaand raampje naar buiten.
Grapje. We gaan nog wat drinken en dan betaal ik. Ik drink wel vier drankjes. Met alcohol. Dat is mij nog nooit gebeurd, volgens mij vind ik het gezellig. Ik denk hij ook wel, al is ie niet zo uitbundig en extravert als ik gewend ben en hoe ik het graag zie. Dat betekent dat ik veel meer moet praten. Bijna vertel ik hem dat ik al mijn hele leven droom van een man met een spleetje, donkere ogen en een dik accent. Hij is dus eigenlijk mijn droomman. Maar bijna is niet helemaal en ik houd wijselijk mijn mond.
De avond loopt op zijn einde en ik ga naar huis. Ik mag op zijn rug naar het station. Breng hem vervolgens naar zijn trein. Geef hem een knuffel. Kijk hem na. Lekkere kont. Zonde van dat haar. Ik vertel hem: don’t call us, we call you. Volgende keer bespreken we de voorwaarden. Als ik besluit dat die komt.