Het Ring the Alarm-syndroom

Er gaat vast en zeker nog geen (alarm)bel bij je rinkelen om de titel alleen, maar je kent het absoluut. Wedden? Kijk maar even mee:

Shirley en Dave waren zeven jaar lang een stel. Dave wilde absoluut geen kinderen. Zei hij. Trouwen was ook zijn ding niet, dat hadden ze toch niet nodig? Het bleek een dealbreaker. Shirley en Dave redden de acht jaar samen niet. Binnen een jaar was Dave vader en echtgenoot. Maar niet bij Shirley.

Rosa en Paul dan. Er was nooit ergens tijd of geld voor. Rosa zorgde thuis braaf voor de kids en hield het huishouden draaiende, om haar immer overwerkende man te ontzien. Ze wachtte geduldig af tot haar tijd zou komen. Ze kreeg heel veel tijd voor zichzelf, maar niet op de manier die zij wilde. Ze kwam alleen te staan. Na de scheiding zette Paul de bloemetjes flink buiten en nam zijn nieuwe vriendin naar de meest leuke feestjes en naar prachtige, exotische vakantiebestemmingen. Haar en haar kinderen. Naar die van zichzelf keek hij nauwelijks nog om.

Bij mij niet. Bij haar wel. Waarom bij haar wel?
Vragen die Shirley en Rosa door hun hoofd spookten.

Shirley’s en Rosa’s. Ze komen in alle vormen en maten en ze zijn overal. Onze oma’s, moeders, zussen, nichten, vriendinnen, buurvrouwen, collega’s: je ontkomt er niet aan. Ik dacht altijd dat ik heus niet in dat soort situaties terecht zou komen. Ik zou heus niet zo’n bittere ‘eerste vrouw’ worden en mezelf met anderen vergelijken. Echt niet.


DING DONG!

 
De realiteit kwam op bezoek. Ik zat ernaast. OK, ik ben niet getrouwd geweest. Ik heb –goddank- ook geen kinderen gekregen. Ik hoef beide ook niet zo nodig. Maar ook ik, besefte ik, ben een Shirley geweest. Of geworden. Ik ben lang samen geweest met iemand waar ik mij honderd procent aan gaf en me helemaal op richtte. Cijferde mezelf weg. Deed alles voor hem en voor ons samen. Had eindeloos veel geduld. Bleef uitleggen hoe van alles werkte, van het koken van een ei tot communiceren met je geliefde. Hij ging uit, zonder mij. Had veel vrienden, die ik maar niet leerde kennen. Stak geen vinger in het huishouden uit. Deed vooral waar ie zin in had. Beantwoordde gerust telefoontjes en sms-jes zeg maar,…nooit. Er waren mensen die zelfs verbaasd waren dat wij al jaren samen waren. Had ie nooit wat over losgelaten.

Toen ging het uit.

Hij had direct een andere vriendin. Al toen het niet eens officieel allemaal verbroken en gedaan was met mij. Misschien daarvoor al, maar daar gaat het nu niet over. Via alle social mediawegen werd onder mijn neus gewreven dat zij een relatie hadden. Door status-updates (ze hadden haast het officieel te maken), lieve krabbels (bij haar WEL), door overal samen heen te gaan inclusief zijn vrienden (wederom: bij haar wel?!). Jeetje, hij was zo lief en gezellig en attent en de hele wereld mocht het weten. Ik vroeg me ondertussen af: bij mij niet. Jarenlang niet. Wat ik ook deed: neen. Bij haar wel. Waarom bij haar wel?

Daar kwamen de gedachten: ik stop mijn hele ziel en zaligheid in je. Investeer. Leer je alles wat je weet, sta onvoorwaardelijk achter je, laat je de ruimte jezelf te ontdekken en te ontplooien, máák je verdomme zoals je nu bent. Je weet mij als dank niet op waarde te schatten en juist te behandelen. Laat me gebruikt en met lege handen achter. En bij de eerste de beste trol daarna kan je het wel? Waarom bij haar wel?

Om helemaal gek van te worden. Gek, onzeker en verdrietig. En boos ook. Eigenlijk boos vooral. Je gaat jezelf met die ander vergelijken. Wat jij in jaren niet voor elkaar hebt gekregen, krijgt zij op een presenteerblaadje. Waar jij voor gezwoegd hebt, gaat zij mee aan de haal. Jij was het dus blijkbaar, op de een of andere manier, niet goed genoeg.  Maar waarom? En waarom niet? Waarom is ineens erg belangrijk in je leven. 

(Waarom weet je niet, je zult het niet te weten komen en eigenlijk wil je dat ook niet, maar dat heb je natuurlijk snel zelf bedacht. Ze is echt heus niet leuker, liever, slimmer, zorgzamer, grappiger, of gezelliger dan jij. En ze verdient natuurlijk helemaal niks goeds in het leven. Wat heeft ze er nou voor gedaan? Dus dan is het simpel: sex. Daar komt het natuurlijk op neer. Zij is dom en lelijk en geeft gewoon snel the pussy op. Ze moet wel. Dat zal het zijn. Ja, dat is het en daarmee basta)

Boosheid dus. Verdriet. Onzekerheid. Vragen. Een vleugje bitter. Het zijn de ingrediënten die samen het syndroom van Ring the Alarm vormen. Ring the alarm, de titel van een liedje dat Beyonce schreef. Een liedje waar de verontwaardiging en de woede vanaf druipen. Een liedje dat de spijker op zijn kop slaat, als je het mij vraagt. Waarbij je lekker dramatisch mee kan gillen. Of stiekem stilletjes zelfmedelijdende traantjes bij laat. En waarbij het refrein luidt:

Ring the alarm, I’ve been through this too long, but I’ll be damned if I see another chick on your arm!

Je kunt dus zomaar ineens een Shirley worden. Of je nou wilt of niet. Daar doe je niks aan. Het is ook best pijnlijk, dat syndroom. Maar dat weet je zelf natuurlijk ook wel.