Het Grote Gebaar
Jarenlang heb ik beweerd dat ik geen romantisch typeje ben. Ik was er zelf ook van overtuigd.
Als ik bij thuiskomst rozenblaadjes moet volgen om jou, omringd door waxinelichtjes, op bed in je tijgerstring te vinden, word ik daar niet gelukkig van. Ik lach je vierkant uit om je vervolgens uit te schelden voor de brandgaten in mijn handgewoven, goudgeld kostende Fair Trade met een schip meegebrachte onbespoten groene biologische hennepsprei. Die waarschijnlijk ook nog eens niet zo lekker ligt en een beetje stinkt.
Ik ben ook niet het type vrouw dat smult van dramatische series en tranen in haar ogen krijgt als ‘zij’ de ‘hij’ gevonden heeft om vervolgens aan kanker te overlijden om dan alsnog een tweede grote liefde in zijn beste vriend te vinden.
Een trouwfeest waarin ik in een zee van een witte jurk de prinses van de dag ben? Een receptie en feest en alles? Nee, alsjeblieft niet! Het kan me gestolen worden. Ik weet niet eens of ik het nut van trouwen wel inzie.
Dat soort dingen.
Maar toch.
Ik hou van verrassingen. Uitgedachte dingetjes. Attenties. Uitingen van waarderingen. Ik deel ze veel uit en krijg ze in mindere mate terug. Maar nooit van mijn love interests. Misschien kies ik de verkeerde personen uit (stompzinnige horken; ik begin een patroon te ontdekken). Misschien ook heb ik gewoon de verkeerde verwachtingen.
Op een gegeven moment merk je dat je… anders bent. Ik heb Love Jones gedownload. Ik heb genoten. Ineens kan ik slow jams waarderen. Ik steek kaarsen aan. Ben ik nu oud of romantisch aan het worden, of heeft het met elkaar te maken?
Hoe dan ook….. ik ben toe aan iets dramatisch. Iets larger than life. Ja. Toch wel. Robert ten Brink die aan de deur komt met niet 1, maar 5 videoboodschappen van admirers. Een huwelijksaanzoek tijdens een picknick met zelfgebakken taart. In een luchtballon. Dat soort dingen.
Omdat ik het waard ben. Ik wacht.